Ik heb een tijdje geleden een verhaal ingestuurd voor de zogenaamde ‘Tomas Ross Crime’-schrijfwedstrijd. Er waren meer dan 150 inzendingen en helaas zat ik niet bij de 5 winnaars. Toch vind ik mijn inzending best een aardig verhaal geworden. Als je wilt weten wat ik ervan gemaakt heb, klik dan het nevenstaande plaatje aan! Voor de goede orde: de bedoeling was het vervolg te schrijven op de navolgende inleiding van Tomas Ross:
Er ging een golf van opwinding door Daphne heen toen ze de donkerblauwe Volvo herkende die de parkeerplaats van het hotel op draaide. Eindelijk! Nerveus kwam ze overeind en liep naar de receptie. Chris, haar jeugdliefde, haar minnaar. Getrouwd maar bijna gescheiden en hier in Frankrijk om met haar gelukkig te worden. Het afgelopen jaar hadden ze elkaar op zijn zakenreizen als projectontwikkelaar een paar keer heimelijk ontmoet, steeds in een ander hotelletje, maar nu zou het definitief zijn. Ze stond stil omdat ze de stem van een man hoorde. ‘Muller,’ zei hij tegen de receptionist, ‘Chris Muller uit Den Haag. Ik heb eergisteren een kamer gereserveerd en betaald.’ ‘Ah, bien sûr. Bienvenue, monsieur Muller. Chambre douze.’ Ze wilde nog een stapje naar voren doen maar haar benen weigerden. Ze staarde verbijsterd naar de man die met zijn koffer achter de receptionist de trap op liep. Wie hij ook was, dit was niet Chris.