Boekrecensie ‘Legende van een zelfmoord’, David Vann

Intrigerend debuut van David Vann, mijn nieuwe favoriet sinds ik zijn grimmige maar ook fascinerende ‘Goat Mountain‘ heb gelezen.

Dit is overigens een verhalenbundel en na een wat taaie start met niet zulke opmerkelijke verhalen wordt dit boek bij de novelle ‘Sukkwan Island’ pas echt interessant.

In pijnlijk detail wordt hierin verteld over hoe de 13-jarige Roy samen met zijn weinig geslaagde en geestelijk labiele vader ergens ver weg van alles op een onbewoond eiland in de outback van Alaska gaat wonen. Zijn vader is niet helemaal fris in zijn hoofd en huilt zichzelf elke nacht in slaap. De ‘beloofde’ zelfmoord lijkt dus nooit ver weg te zijn. Maar als die dan uiteindelijk plaatsvindt, is die om teveel redenen zeer schokkend, vooral omdat er niets van de flaptekst lijkt te kloppen. En zo wordt dit relaas intens beklemmend, dramatisch en grimmig.

Mij viel ook in dat het verhaal misschien wel een grimmige afrekening van Vann is met zijn eigen jeugd, door de zaken om te draaien. Maar misschien verklap ik dan al teveel van het plot.

Hoe dan ook: alleen al met deze novelle is dit boek zeer lezenswaardig!

Boekrecensie ‘Goat Mountain’, David Vann

Dit boek gaat over een jachttrip van een viertal ergens in de outback van Canada: een grootvader, vader, zoon en de kennis Tom. Het is een plek waar deze familie geworteld is en waar ze elk jaar komen om herten te schieten. We volgen in het verhaal de 11-jarige zoon, die voor het eerst een geweer mag dragen. Maar al snel gaat het mis als ze bij aankomst tegen een stroper aan lopen.

David Vann verhaalt hierover in een bijzondere, in ieder geval zeer literaire stijl. Vele zinnen en observaties zijn heel mooi, dat is zeker waar. Maar makkelijk lezen is het geenszins. Ook door de bijna hallucinante denkwereld van de jongen en de vele referenties naar de Bijbel.

Intussen is de toon van het verhaal grimmig, ‘Cormac McCarthy‘-grimmig zelfs. Tussen de familieleden lijkt er niets te bestaan van liefde en dat er een dode (of twee) moet vallen lijkt al meteen duidelijk. Enkele scenes, zoals het schieten van een hertenbok, worden in al hun gruwelijkheid beschreven. Hiermee is het zeker geen vrolijk boek om te lezen, maar wel heel fascinerend en bijzonder.

Boekrecensie “Komt een paard de kroeg binnen”, David Grossman

Dit boek beschrijft eigenlijk een hele lange act van stand up comedian Dovele, ergens in een achterafzaaltje in een buitenwijk van Tel Aviv. Al snel begint Dovele van alles te vertellen over zijn jeugd, zijn trauma’s, etc. etc. etc. Dat zou best interessant kunnen zijn, maar de vorm waarin Grossman zijn verhaal heeft gegoten, zit die vertelling danig in de weg. Al heel snel is het heel ongeloofwaardig dat een comedie-act op deze wijze verloopt. Door die veel te gekunstelde vorm kwam ik in ieder geval niet in dit verhaal, hoe goed Grossman overduidelijk kan schrijven. Nee, jammer…

Boekrecensie ‘De partizaan’, Patrick Worrall

Dit boek werd aanbevolen in de lokale boekhandel “Jansen & de Feijter” en kon ik daarom niet weerstaan. Ik belandde in een spionage-verhaal dat in alle opzichten gewoon hartstikke goed geschreven is.

Tegelijkertijd werd steeds duidelijker bij lezing dat de schrijver wel erg veel wilde. De vertelling is te groot, wordt door alle sprongen in tijd te warrig en krijgt ook niet een bevredigende apotheose. Daarom ben ik niet onverdeeld positief; ik geef 2 uit 5 sterren.

Boekrecensie ‘The Essex Dogs’, Dan Jones

Dit is een historische roman die speelt midden in de Middeleeuwen, als de Engelsen in het prille begin van de Honderdjarige Oorlog (die overigens 121 jaar duurde) het Franse vasteland aanvallen. Eén van de compagnieën zijn de Essex Dogs, aangevoerd door de doorgewinterde militair Loveday, die vanaf de zeer gewelddadige landing op de Franse kust vooral probeert al zijn mannen in leven te houden.

Het boek is met veel vaart geschreven en je leert intussen steeds beter alle verschillende leden van de Essex Dogs kennen. En daardoor ga je ook echt meeleven met alle ontberingen die ze moeten doorstaan. Dit is een mooi stukje smeuïg opgeschreven historische fictie. En het doet zeker uitkijken naar meer, want dit is nog maar boek 1 van wat uiteindelijk een trilogie moet worden. Laat maar komen, zou ik zeggen!

Boekrecensie ‘De beste helft’, Arjan Broers

Dit boek gaat over hoe de tweede helft van je leven ook de beste, de meest betekenisvolle, kan worden, ten minste: mits je wel wijzer wordt. Daarmee moet je loskomen van heel veel wat de huidige maatschappij in zich heeft: het individualisme, de prestatiecultuur en de verheerlijking van het puberale. Maar ook zelf nieuwe kwaliteiten ontwikkelen, nieuwe ‘software’.

In het tweede deel van het boek gaat theoloog Broers erop in op hóe je dan wijzer kunt worden. Aandachtige aanwezigheid, je schaduwkanten erkennen, betekenisvolle verbindingen leggen, onder meer. En hij sluit af met een laatste hoofdstukje met 7 hele mooie inzichten over die bedoelde wijsheid.

Dit is een boek vol mooie en doorleefde inzichten. Vlot geschreven, alhoewel niet altijd even makkelijk te volgen. Heel grappig vond ik ook de kostelijke en originele quotes waar de schrijver mee grossiert: Popeye, Agent Smith uit The Matrix, Doe Maar, Finkers, Bilbo uit TlotR, Nick Cave, ze komen allemaal voorbij. Interessant boek!

Boekrecensie ‘Hard Land’, Benedict Wells

In deze coming-of-age roman volgen we de vijftienjarige Sam, die opgroeit in een klein stadje in het heartland van de USA. Tijdens de lange zomervakantie maakt hij nieuwe vrienden èn wordt hij voor het eerst verliefd.

De materie is misschien niet zo origineel, maar oh: wat heeft Benedict Wells (zie hier een eerdere recensie) een heerlijke vertelstijl en oh: wat wordt je meegezogen in dit meeslepende verhaal, ook nog eens vol met de jaren ’80-referenties. Zo is er zelfs een soundtrack van dit boek beschikbaar op Youtube en Spotify. Maar centraal in het boek staat een (door de schrijver verzonnen) gedicht over het stadje Grady, waar het verhaal ook speelt. Een gedicht dat vooral gaat het volwassen worden (en nog iets meer) en dat natuurlijk ook ‘Hard Land’ heet.

Een ontroerend boek dat je in korte zult verslinden! En waar je ook zelf een beetje ‘eufancholisch’ van wordt. Geweldig gedaan!

Boekrecensie ‘Het nijlpaard’, Stephen Fry

Dit is een roman van alleskunner Stephen Fry (hem kennen we ook als presentator, acteur, ja: als wat eigenlijk niet?). Deze keer geen smakelijk hervertelde Griekse mythologie (1 2), maar een  sarcastische vertelling over de vreselijke ‘Tedward’ (de ‘hippo’ uit de titel); een gevallen dichter / cultuur-recensent. Hij gaat logeren in het landhuis van de bevriende Lord Logan, op uitnodiging van zijn petekind, de 14-jarige zoon des huizes: David. En dat is een héél vreemde jongen, vooral omdat hij ervan overtuigd is dat hij bijzondere helende gaven heeft en die op nogal scabreuze wijze inzet.

Dit bizarre gegeven staat centraal in een verder nogal warrig opgebouwd verhaal, dat deels bestaat uit briefwisselingen, veel gekke wisselingen in perspectief kent en ból staat van de personages. Het hele boek lijkt uit focus, als we bijvoorbeeld zowel lezen over de heel gewichtig lijkende Joodse familiegeschiedenis van de Logan’s, maar tegelijkertijd bijna kluchtige scenes krijgen voorgeschoteld, waarin Fry heerlijk kan schmieren over de gekke Engelse maatschappij, met al die rangen en standen.

In totaal leidt dit tot een rommelig boek dat vèrre van overtuigend is. Het is té duidelijk te zien dat dit boek (één van Fry’s eerste) is geschreven door iemand die nog heel veel moet leren over goede storytelling. Daarom, ondanks de vele kostelijke zinnen en observaties van de immer erudiete en ‘witty’ Fry, toch slechts een magere 3 uit 5 bollen…

Boekrecensie ‘De beesten’, Gijs Wilbrink

Deze debuutroman van Gijs Wilbrink speelt in de Achterhoek en raakt allerlei typische dingen uit die streek aan: motorraces, de katholieke kerk en de jacht bijvoorbeeld. Er wordt zelfs hier en daar ‘plat gesproken’. Is het een bewuste poging om mee te liften op de hedendaagse populariteit van ‘regio-literatuur’ c.q. regionale boeken? Want die trend lijkt wel gaande, nu veel mensen blijkbaar de blik iets minder (inter-)nationaal gericht hebben, in deze huidige verwarrende tijden.

Het boek gelezen hebbend, lijkt me het echter niet dat Gijs Wilbrink dit heel bewust gedaan heeft.  Want daarvoor is het boek op hetzelfde moment voor het grote publiek misschien toch ook weer net te weerbarstig. Wilbrink heeft namelijk een zeer bloemrijke, intense en literaire schrijfstijl, waarin hij het op alle vlakken vèrre van klein houdt. Ook op het Achterhoekse platteland gebeuren blijkbaar dingen die zo in een Marquez-vertelling hadden gepast, zoals de hele verwikkeling rond de dorpspastor met tuberculose die de goe-gemeente zijn vol met bloed gehoeste doeken toont in de hoogmis. Maar bijvoorbeeld ook een bezoek van Isa aan een kraakcafé in Utrecht beschrijft Wilbrink al even intens…

Intussen gaat het verhaal hoofdzakelijk over Tom, die ooit een grote carrière tegemoet leek te gaan als motorcrosser, en Isa, zijn opstandige dochter, die naar in de grote stad is getrokken om te studeren, totdat familiekwesties ertoe nopen terug te keren naar huis.

Ik vond dit al met al een hele bijzondere en indringende roman. Het verhaal is dwingend en het beeld dat Wilbrink schetst van de Achterhoek is sterk en overtuigend (Twente, mijn homeground, is immers qua cultuur niet zo verschillend). Uitstekend gedaan!

Boekrecensie ‘Salamander’, Thomas Wharton

Dit is een sprookjesachtige en surrealistische vertelling over de jonge boekdrukker Nick Flood, die ergens in de 18e eeuw wordt ingehuurd door de excentrieke Boheemse graaf Ostrov, die een kasteel heeft laten bouwen als een machine, waar geen kamer op dezelfde plaats blijft. Nick moet voor de oude graaf en diens prachtige maar frele dochter Irina, een ‘oneindig boek’ maken.

Dit gegeven intrigeert, maar is toch onvoldoende om de aandacht vast te houden. Het verhaal meandert eigenlijk maar een beetje richtingloos verder en ik miste node vaart. Daarom toch niet echt een succes… Ik heb ’t ook niet helemaal uitgelezen. Als je heel vilein wil zijn zou je kunnen zeggen dat Wharton hier zèlf een oneindig boek mee heeft geschapen; tot het einde ben ik immers nooit geraakt. Je zou bijna zeggen dat hij het zo bedoeld heeft…