Dit is een boek van J.K. ‘Harry Potter’ Rowling, dat ze uitbracht onder een pseudoniem. Het is ook meteen heel anders van karakter dan de fantasy in het Potter-universum, want dit boek is een ouderwetse detective. Misschien zelfs wel een héél ‘ouderwetse’ detective, want alle clichés lijken door Rowling te worden aangetikt, met name natuurlijk dat de hoofdpersoon een speurder is met een flink rafelrandje. In dit geval Cormoran Strike (goeie naam wel!), een Afghanistan-veteraan met één been, geldzorgen en een relatie die net uit elkaar is gespat. Ondanks zijn morsige kantoortje en kwakkelende privé-detectivepraktijk, wordt hij ingehuurd door de poeprijke stiefbroer van een supermodel die een dodelijke val van haar balkon heeft gemaakt. Was het zelfmoord, of toch moord? Cormoran gaat op onderzoek uit, samen met zijn pientere nieuwe assistente Robin.
Het boek is duidelijk goed geschreven; daarvoor is Rowling natuurlijk een te goede auteur, maar ik vond het vaak ook langdradig worden door de wel erg lange omschrijvingen. Tevens kon het verhaal lange tijd niet erg interessant worden. Maar het doorlezen werd wel beloond toen aan het einde de verhaallijnen mooi bij elkaar kwamen. Al met al een heel acceptabele thriller, zonder heel bijzonder te worden.