Als je de cover en flaptekst van dit boek leest, dan heb je het idee dat dit boek, net als Giordano’s eerdere boek ‘De eenzaamheid van priemgetallen‘, niet veel meer is dan een psychologische roman. Daarmee wordt je nogal op het verkeerde been gezet, want dit is in de kern een oorlogsboek, dat handelt over de belevenissen van Italiaanse soldaten tijdens hun missie in Afghanistan. Hiermee is het onderwerp bijzonder, intrigerend en actueel. Giordano weet zeer indringend te beschrijven hoe die missie ervaren moet zijn: de drukkende verveling in het zwaar bewaakte legerkamp, de deprimerende omstandigheden in de woestijn en de hitte en de frustratie dat er daar buiten een vijand je naar het leven staat die je echter nooit te zien krijgt of kunt confronteren.
Giordano bouwt zijn verhaal mooi op als een soort raamvertelling rondom een aantal van die soldaten. Hij legt daarbij genadeloos hun zwakheden en slechtere kanten bloot en lijkt hierbij wel een beetje op die andere bekende hedendaagse Italiaanse schrijver, Niccolo Ammaniti. Het plot werkt verder langzaam maar gestaag toe naar de grote gebeurtenis waar dit boek om draait: een fataal misgelopen missie als de Italiaanse soldaten zich dan eindelijk eens een keer buiten het legerkamp wagen. Hier krijgt het boek zelfs het karakter van een heel spannende oorlogsfilm. Het zal een gebeurtenis zijn die diepe littekens zal achterlaten bij de overlevenden…
Hiermee is dit een indringend en meeslepend boek. Een boek ook dat ik beter vond dan Giordano’s eerdere, hiervoor genoemde worp. Lezen!