Boekrecensie ‘Het nijlpaard’, Stephen Fry

Dit is een roman van alleskunner Stephen Fry (hem kennen we ook als presentator, acteur, ja: als wat eigenlijk niet?). Deze keer geen smakelijk hervertelde Griekse mythologie (1 2), maar een  sarcastische vertelling over de vreselijke ‘Tedward’ (de ‘hippo’ uit de titel); een gevallen dichter / cultuur-recensent. Hij gaat logeren in het landhuis van de bevriende Lord Logan, op uitnodiging van zijn petekind, de 14-jarige zoon des huizes: David. En dat is een héél vreemde jongen, vooral omdat hij ervan overtuigd is dat hij bijzondere helende gaven heeft en die op nogal scabreuze wijze inzet.

Dit bizarre gegeven staat centraal in een verder nogal warrig opgebouwd verhaal, dat deels bestaat uit briefwisselingen, veel gekke wisselingen in perspectief kent en ból staat van de personages. Het hele boek lijkt uit focus, als we bijvoorbeeld zowel lezen over de heel gewichtig lijkende Joodse familiegeschiedenis van de Logan’s, maar tegelijkertijd bijna kluchtige scenes krijgen voorgeschoteld, waarin Fry heerlijk kan schmieren over de gekke Engelse maatschappij, met al die rangen en standen.

In totaal leidt dit tot een rommelig boek dat vèrre van overtuigend is. Het is té duidelijk te zien dat dit boek (één van Fry’s eerste) is geschreven door iemand die nog heel veel moet leren over goede storytelling. Daarom, ondanks de vele kostelijke zinnen en observaties van de immer erudiete en ‘witty’ Fry, toch slechts een magere 3 uit 5 bollen…