Ik had echt uitgekeken naar deze nieuwe roman van Michael Chabon, auteur van ‘WonderBoys’ en ‘De wonderlijke avonturen van Kavalier en Clay’. En dan is het natuurlijk extra jammer als het boek bij lezing uiteindelijk gewoon tegenvalt.
Dat begint eigenlijk al meteen op de eerste pagina’s, als meteen duidelijk wordt dat Chabon niet bepaald de doelstelling had een lekker leesbare pageturner te schrijven. Integendeel: Chabon lijkt wel met elke zorgvuldig geconstrueerde en kunstig geboetseerde zin zijn meesterschap te willen onderstrepen. Ergens midden in het boek presteert hij het zelfs om één enkele zin pagina’s lang te laten duren. Erg mooi allemaal, dit literaire spierballengerol, dat ik ook al kende van Chabon’s een-na-laatste worp ‘The Final Solution’, maar of dit een prettig leesbaar boek oplevert? Nou nee, niet bepaald.
Dit was misschien nog niet zo erg geweest, als Chabon boeiende materie bij de hand had gehad. Daarvan is echter geen sprake. Chabon blijft heel dicht bij zichzelf met een down-to-earth verhaaltje dat speelt in zijn eigen achtertuin: Oakland, California. Het verhaal draait min of meer om Archy Stalling en Nat Jaffe, de uitbaters van een ouderwetse platenwinkel met veel vintage vinyl, die gedoemd lijkt te moeten sluiten als er zich een grote mega-store dreigt te vestigen in hun straat. Ook de vrouwen van beide mannen, die samen een bevallingskliniek runnen en in aanvaring komen met het ziekenhuis komen echter aan bod. Net als de beide zonen ten slotte, waarvan de excentrieke Julius ‘Julie’ Jaffe latent homoseksueel is en Titus de wrokkige, opeens opduikende, zoon uit een eerdere relatie van Archy is. Chabon weet de karakters vaardig tot leven te brengen, maar ja: heel interessant zijn hun belevenissen en zieleroerselen eigenlijk niet. Het verhaal kabbelt om deze reden eigenlijk vooral maar een beetje door en komt ook niet echt tot een knallend eind. En wat ook niet echt helpt is dat Chabon zijn boek doordrenkt met populaire Amerikaanse geschiedenis, niet alleen muziek (van elke oude soul/funk/jazz-plaat die wordt genoemd, wordt consequent ook het label en jaar genoemd bijvoorbeeld) , maar ook films, sport, etcetera. Dit gaat als niet-Amerikaan toch deels langs je heen…
Tja, allemaal niet erg positief dus. Niet dat dit boek een volledige mislukking is, overigens. Chabon kan nog steeds bij vlagen briljant om de hoek komen met mooie observaties, originele metaforen of beeldende beschrijvingen. Maar dat is allemaal niet genoeg om dit een goed boek te maken naar mijn mening. Jammer!